|
||||||||
|
||||||||
Al de informatie op deze site is beschermd door het auteursrecht.
|
|
Overzicht Griekse Muziek in April 2011
ApsiliesJonge rembetika-formatie Voor deze reeks rembetika -concerten deden de organisatoren een beroep op een minder bekend groepje jonge muzikanten uit Griekenland. Maar een minder bekend groepje betekent daarom niet dat het zomaar wat gelegenheidsmuzikanten zijn. Het groepje heet "Apsilies" (Αψιλίες), wat in feite de titel is van een liedje van Grigoris Asikis (Γρηγόρης Ασίκης). Deze componist, tekstschrijver, zanger en outi -speler werd in 1890 geboren in Constantinopel. Na de Katastrofi van 1922 kwam hij naar Griekenland waar hij een belangrijke rol speelde in de opbloei van de rembetika tussen de twee wereldoorlogen. Hij overleed in Athene in 1967. Het liedje gaat over een berooide jongeman die verliefd is op een dorpsmeisje maar haar niet durft vragen omdat hij geen geld heeft. Het woord "apsilíes" betekent dan ook letterlijk zoiets als "centenloosheid": ψιλά (psilá) is kleingeld, a-psilía is dus het gebrek daaraan, en wie geen kleingeld heeft, die heeft uiteraard ook geen groot geld. Waarschijnlijk om de rampzaligheid van die toestand nog wat dikker in de verf te zetten gebruiken de Grieken het woord doorgaans in het meervoud. Het liedje zelf is géén verwijzing naar de huidige economische toestand van Griekenland want de eerste opname dateert al uit 1935. Maar ook toen was het natuurlijk wel wereldwijd crisis, en die was ook in Griekenland voelbaar, met hoge werkloosheid en armoede en dergelijke. De bezetting van Apsilíes ziet er als volgt uit:
In december 2009 verscheen hun eerste cd in de winkelrekken. De titel? "Apsilies", natuurlijk, en het gelijknamige liedje ontbreekt dan ook niet. Ook het overgrote deel van de andere liedjes gaan over de liefde (uiteraard over de ongelukkige variant daarvan). Alle liedjes werden geschreven in de periode 1930-1940, de meeste door componisten die afkomstig waren uit Smyrna. Alleen al uit de instrumenten van het groepje (hierboven) valt af te leiden dat ze zich vooral toeleggen op de " Smyrna-stijl ", en minder op de Piraeus-stijl. Dat blijkt inderdaad ook uit de cd. Het ligt dan ook voor de hand dat het concert in dezelfde richting zal gaan. Die cd bevat overigens niet minder dan 18 tracks, met een totale speelduur van maar liefst 78 minuten, dus met dat materiaal alleen al zit je een heel eind in de buurt van een avondvullend concert. Dimitris Mystakidis en Apostolos (Tolis) Tsardakas zijn twee muzikanten uit Thessaloniki. Evgenios Voulgaris leeft en werkt in Patra. Alle drie geven ze onder meer les aan de Afdeling Volks- en Traditionele Muziek van het T.E.I. van Epirus. Het T.E.I. (Technologiko Ekpedeftiko Idrima) is een netwerk van Technische Scholen over heel Griekenland. Dimitris Mystakidis speelt naast gitaar ook nog laouto . Hij begeleidde bijvoorbeeld Nikos Papazoglou op zijn concerten in België en Nederland in maart 2002 . Apostolos Tsardakas was dan weer mee met Katerina Papadopoulou en Sokratis Sinopoulos met liederen uit Klein-Azië in januari 2005 . Beide heren begeleiden ook regelmatig Solon Lekkas, de meester-zanger van het aman -lied uit Mytilini (Lesbos), die in januari nog in de Art Base in Brussel te gast was. Evgenios Voulgaris speelt minder voor de hand liggende instrumenten zoals de yaylı tanbur . De Turkse yali (of yayli) tanbur is een langhalsluit waarvan de klankkast niet peervormig is maar rond, zoals bij een banjo. Het instrument wordt rechtop op de schoot bespeeld met een strijkstok. Met dit instrument was Evgenios Voulgaris (ook) te zien op het concert van Nikos Kypourgos tijdens het Brugges Festival in november 2005 . In het kader van dit concert is het misschien vermeldenswaardig dat Evgenios Voulgaris in 2006 meewerkte aan een project om 200 rembetika-liederen, die in het interbellum werden geschreven, om te zetten naar een oosterse vorm van muzieknotatie. Een terugkeer naar de bron, als het ware. De uitgave ervan gebeurde in samenwerking met het T.E.I. van Epirus. Voulgaris is voor zo'n project goed opgeleid. Hij behaalde met glans zijn diploma Byzantijnse muziek, verdiepte zich later in traditionele Griekse muziek, maar ook in Oosterse muziek en Ottomaanse muziek. En dit is slechts een greep uit zijn palmares...
Op de site sinds: 30/06/2010 Terug naar het begin van deze pagina. Angélique Ionatos en Katerina Fotinaki"Comme un jardin la nuit" Angélique Ionatos is vaak te gast in België, en ook met Katerina Fotinaki kon het Brusselse publiek al kennismaken in mei 2007 . Nu komen beide dames hun jongste productie voorstellen, en die heet "Comme un jardin la nuit" (2009). Over de inhoud daarvan moesten haar fans een tijdje in het duister tasten. In oktober 2008 was Ionatos bijvoorbeeld in de Flagey in Brussel om haar cd "Eros y Muerte" (Liefde en dood) voor te stellen. Er werd toen gezegd dat ze achter de schermen al druk bezig was aan een nieuw album, waarvan eigenlijk alleen bekend was dat ze het samen met Katerina Fotinaki zou opnemen. Toch moet het project toen al ver gevorderd geweest zijn, want toen het album in maart 2009 op de markt kwam, bleek dat het live opgenomen was tijdens een concert in Lyon in oktober 2008, dezelfde maand dus als het optreden van Ionatos in Brussel. Ionatos had bewust voor een live opgenomen album gekozen. Ze wilde deze keer voorrang geven aan spontaneïteit en improvisatie, eerder dan aan technische perfectie. In de studio bezwijk je al snel voor de verleiding om bij te schaven en te herbeginnen tot ook de laatste noot en de laatste lettergreep precies goed zijn, maar dan verlies je ook al die kleine details die het écht maken. "Op het podium zijn we tegelijk sterk en breekbaar", zoals Ionatos het uitdrukt. Met deze formule kon bovendien het grootste deel van de uitleg in het Frans, die Ionatos tussendoor geeft, behouden blijven, handig voor haar Franse publiek dat meestal de Griekse tekst van de liedjes niet kan volgen. Het enige waar flink het mes ingezet werd is het langdurige applaus. Van "Comme un jardin la nuit" zijn twee versies beschikbaar, de meest uitgebreide bevat ook een dvd met de video-opname van het concert. De inhoud is niet identiek, maar beide vullen elkaar aan. Op de cd staat bijvoorbeeld een nummer dat op de dvd ontbreekt: een bewerking van het traditionele liedje "Xenitemeno mou pouli" . Het is een dimotikó uit Epiros, meer bepaald uit de streek van Pogoni, en het gaat over de emigratie, die in dat deel van Griekenland lange tijd een bittere noodzaak was. Dit trage dansnummer (voor de specialisten: een syrtós sta dýo ) is uiterst bekend, het werd door zowat iedereen gezongen: door Charis Alexiou , Domna Samiou , Panayotis Lalezas, Lizeta Kalimeri , Alekos Kitsakis, de zusjes Eleni en Suzanna Vouyouklí, ... Die laatsten zingen het a capella, de versie van Ionatos wordt, zoals de rest van de nieuwe cd, enkel begeleid door twee gitaren Zo'n traditional "pur sang" is niet meteen wat je van Ionatos zou verwachten. Maar zoals de Franse krant Le Monde opmerkte: "Dans un jardin, la nuit, toutes les audaces sont permises" . In hun eigen nachtelijke tuin dartelen Ionatos en Fotinaki vrolijk rond als twee tienerzusjes, zonder veel gène en af en toe zelfs wat provocerend. Althans dat vinden de Franse critici ervan, maar die worden dan ook nogal snel lyrisch over de poëtische muziek van Ionatos . Feit is dat Ionatos zich nogal wat vrijheden permitteert. Het nummer "Ghiati pouli" bijvoorbeeld is in feite het bekende "Γιατί πουλί μ΄ δεν κελαηδείς ΄πως κελαηδούσες πρώτα;" Waarom, vogeltje mijn, zing je niet meer zoals vroeger? "Stel zo geen domme vragen", antwoordt (vrij vertaald) het vogeltje, "wat zou ik nog zingen? Ze hebben mijn vleugels afgeknipt, ze hebben mijn stem gepikt, ze hebben ons de Stad afgenomen, en ook onze Agia Sofiá". Want inderdaad, dit dimotiko -liedje gaat over de val van Constantinopel in 1453. Sommigen zeggen dat het ook daadwerkelijk uit die tijd dateert (en hebben daar ook argumenten voor), anderen vinden dat ongeloofwaardig, maar oud is het in elk geval. Het staat bijvoorbeeld ook op het album "T'aïdonia tis Anatolis" (De zwaluwen uit het Oosten) van Chronis Aidonidis uit 1990 (waar ook Yorgos Dalaras en Ross Daly aan meewerkten). Op "Comme un jardin la nuit" is het Katerina Fotinaki die het zingt, maar ... Ionatos declameert er ongegeneerd een fragment uit "Vrilles de la vigne" van Colette doorheen. Dartel is dat in elk geval, maar of het ook provocerend is? In elk geval niet voor haar Franse toehoorders, die weten dat je van Colette in haar tijd heel wat anders had mogen verwachten. Ze werd geboren in 1873 en voor ze zich helemaal ging toeleggen op het schrijven van romans had ze al furore gemaakt in de "Ville Lumière" , als feministe, lesbienne en cabaretdanseres. Ze danste onder andere in de Moulin Rouge, versleet drie echtgenoten en een aantal minnaars, werd literair directeur bij het rechtse dagblad Le Matin en schreef in 1944 haar meest bekende werk, "Gigi" . Ondanks (of dank zij?) dat alles kreeg ze in 1954 een staatsbegrafenis, naar het schijnt de enige vrouw ooit in Frankrijk die die eer te beurt viel. Er staat nog meer Frans werk op "Comme un jardin la nuit" , namelijk "Quel joli temps" van Barbara (in een interpretatie van Fotinaki , onder de titel "Septembre") en "Cette blessure" van Léo Ferré. Uit dat laatste liedje komt tegelijk ook de titel van de plaat. Ferré heeft het daar immers over "cette blessure… comme un jardin qu’on ouvre que la nuit" . De rest van het album ligt meer in de lijn van wat we van Ionatos gewend zijn. Haar grote liefde voor grote Griekse verzen blijkt nog maar eens: drie nummers van Odysseas Elytis , twee van Sappho (waarvan eentje op muziek van Manos Hadjidakis ), één van Nikos Gatsos (ook al op muziek van - uiteraard - Hadjidakis ) en één van Periklis Korovesis (op muziek van Yorgos Kouroupos ). Op de bijbehorende concerten brengen ze meestal nog meer werk van Hadjidakis , "omdat die zelf ook een groot liefhebber was van de gitaar", aldus Ionatos . Minstens twee van de nummers van Elytis op de cd zijn gerecycleerd uit eerder werk van Ionatos : "Piano tin Anixi" stond al op "O erotas" uit 1992 en "Essis steries" komt van "Récital" uit 1998. Ook "Asteron panton" van Sappho is recyclage, re-recyclage zelfs, want het stond al op " Sappho de Mytilène" (1991) en "Chansons nomades" (1998). Al die nummers zijn dan wel bewerkt tot een versie voor Katerina Fotinaki , haar nachtelijke speeltuinkameraadje. Fotinaki is zangeres en gitariste, net als Ionatos , en ze brengen hun programma (in elk geval in Frankrijk) allebei blootsvoets en met hetzelfde pakje in blauw en rozerood, toevallig dezelfde kleuren als de hoes van de cd. Het lijken wel twee zusjes, maar dat is dan géén toeval want Angélique beschouwt Katerina als "la petite soeur que j'aurais toujours voulu avoir" . De grote zus haast zich dan wel om er aan toe te voegen dat het kleine zusje beslist geen klein kind is als het op maturiteit en professionaliteit aankomt. Ze ontmoetten elkaar in Griekenland, bij een vriend van Ionatos , de bariton Spyros Sakkas . Ionatos kende hem al heel lang: ze had voor hem al in 1984 de "Maria Nefeli" (Marie des brumes) op muziek gezet, en later, in 1997, deed ze hetzelfde met "Iouliou logos" ("Parole de Juillet") , allebei gedichten van Odysseas Elytis . Fotinaki volgde les bij Sakkas , in zijn "Εργαστήρι Φωνητικής Τέχνης" (Ergastiri Fonitikis Technis , te vertalen als "Atelier voor Vocale Kunsten"). Ze had zich al laten opmerken met bewerkingen van kinderliedjes. Ze had ook scenario's geschreven voor kindertheater, en er af en toe zelfs in meegespeeld. Maar ze wou al een tijdje haar vleugels uitslaan, en Frankrijk trok haar wel aan. Het was dan ook niet onlogisch dat Angélique , die daar al jarenlang woont, van Sakkas de vraag kreeg of zij misschien zijn studente niet voor een tijdje onder haar vleugels wou nemen, tot ze zelf haar weg zou vinden in die vreemde stad. Fotinaki vond inderdaad haar weg, maar het bleek dat die parallel liep met die van Ionatos . Ze zitten allebei op dezelfde golflengte, niet zozeer omdat ze allebei Grieks zijn, maar eerder omdat ze allebei een passie hebben voor de Griekse taal. Katerina Fotinaki woont dus al sinds 2006 in Parijs maar toch heeft ze nog af en toe heimwee naar Athene. Ze mist de gezellige chaos, zegt ze. In Athene kan je om middernacht nog je vrienden opbellen om iets te gaan drinken, en een koffiepauze tijdens repetities kan zonder problemen vijf uur of meer uitlopen. Bovenal mist ze de zee, waar je in Athene maar een half uurtje vandaan zit. Maar anderzijds biedt Parijs veel meer kansen, zegt ze. In Athene moest ze drie bijbaantjes tegelijk doen om haar studies te kunnen betalen. En bovendien fietst ze graag, dat is in Athene levensgevaarlijk. Voorlopig blijft ze nog wel een tijdje in Parijs, zelfs al zal ze de komende maanden niet veel hebben aan haar fiets. Beide artiestes reizen immers de halve wereld rond met het programma rond de nieuwe cd. Van maart 2010 tot mei 2011 doen ze Canada, Frankrijk, Griekenland, Zwitserland en België aan. In Griekenland staat er "Νυχτερινός Κήπος" (Nychterinos Kipos , Nachtelijke tuin) op de affiches, meteen ook de Griekse titel van het album. Bij optredens in kleinere zalen staat er een rij brandende kaarsjes vooraan op het podium, voor de sfeer. In België is daar waarschijnlijk een speciale vergunning voor nodig van het ministerie voor vergunningen voor brandende kaarsen op kunstpodia, of zoiets, en het is allicht al te laat (september 2010) om het dossier nog voor april 2011 goedgekeurd te krijgen. Maar met een beetje geluk vallen blote voeten niet onder het Vlaams Milieudecreet, dat zou dan wel kunnen. Voor blote borsten krijg je dan weer subsidies, maar zo frivool zal het in deze nachtelijke tuin wel niet worden. Het optreden in Hasselt wordt aangekondigd als "première voor België" en klaarblijkelijk is het zelfs het enige concert in België. We hebben even afgewacht of er eventueel nog andere concerten in de pijplijn zaten, maar voorlopig blijft het bij dat ene concert in Hasselt. Zelfs in Flagey in Brussel, waar Ionatos zowat kind aan huis is, komt ze deze keer niet langs (14.03.2011). Bezetting :
Op de site sinds: 13/09/2010 Terug naar het begin van deze pagina. Vinylio"Rembetiko, the Greek blues" Yannis Sarris, Maria Spyroglou en Christos Sarantidis, het trio Vinylio, zetten hun optredens gestaag verder op hun vaste stek in Brussel. Elpida zorgt voor de gepaste begeleiding, maar dan onder de vorm van een bordje zelfbereide mezedes . Een drankje hoort er natuurlijk ook bij en ook daarin wordt voorzien. Of het een ouzo wordt, een glas wijn of een Belgisch biertje, dat mag u uiteraard zelf kiezen. En meezingen mag ook...
Op de site sinds: 08/02/2011 Terug naar het begin van deze pagina. FiliaKretenzische en (West-)Vlaamse fusion Filia is een project dat langzaam is gegroeid uit de jarenlange samenwerking van Kretenzische en Vlaamse muzikanten met een zeer ruime kijk op muziek. Op het Dranouter zomerfestival treedt nu al een aantal jaren op rij een trio op uit Kreta. Het is een traditioneel Kretenzische formatie met twee luitspelers en een lyra -speler. Deze muzikanten komen uit Kalyves, een dorp op West-Kreta waar 's zomers naar aloude traditie ook veel gefeest en gemusiceerd wordt. In 2009 werd het trio op Dranouter plots aangekondigd als "The Kalives Music Project", een naam waar duidelijk meer achter zat. Na een aantal maanden werd het project concreter en in het voorjaar van 2010 werd er in Dranouter druk geoefend, gemusiceerd en uitgeprobeerd samen met de Kretenzers en een aantal Vlaamse muzikanten. Die samenwerking resulteerde uiteindelijk in een nieuwe naam: Filia (vriendschap) en het project kreeg stilaan vorm. In de zomer van 2010 , trad Filia voor het eerst op in Dranouter en de Vlamingen trokken diezelfde zomer ook naar Kreta om er samen met de Kretenzers op te treden. Dranouter profileert zich al een tijdje niet meer louter als een folkfestival, maar als een ruimdenkend festival in "The New Tradition". Traditionele volksmuziek, folk of roots gaan er samen met avant-gardistische muziek, waarbij alles kan en mag met elkaar versmolten worden. Dit project past perfect in deze filosofie, want veel ruimer kan het niet echt meer. Filia versmelt West-Vlaamse klanken met Kretenzische liederen. De instrumentatie is al even divers en gaat van de typische Kretenzische lyra en laouto , over accordeon, viool, piano, fluiten... naar de didgeridoo, tot en met percussie, drums en samplers. En een chalumeau. Dit laatste instrument leek ons nog het meest gedurfd, maar bij nazicht blijkt het toch niet zo avant-gardistisch te zijn als het in deze context op het eerste zicht wellicht klinkt. Een chalumeau is een houten blaasinstrument met een enkel riet, een soort voorloper van de klarinet. De naam komt van het Grieks: "kálamos" of "kalámi", wat riet betekent. Het ensemble Filia bestaat inmiddels uit acht muzikanten, vier Grieken en vier Belgen. De stijlen die Filia verweeft zijn traditionele Kretenzische muziek met muziek uit Vlaanderen: wat jazz, invloeden van het chanson en de kleinkunst, en experimentele genres. Ze zouden zo een eigen nieuwe taal vormen. Wie de Kretenzers ook eens louter tradtioneel wil meemaken, die kan op zaterdag 30 april in Brussel terecht op het feest van de Vereniging van Kretenzers in België.
Op de site sinds: 28/02/2011 Terug naar het begin van deze pagina. Kretenzische dansavondMet Ilias Vlamakis & ensemble Zoals elk jaar organiseert de Vereniging van Kretenzers in België een traditioneel dansfeest ter herdenking van de Slag om Kreta , die plaatsvond in mei 1941, intussen alweer zeventig jaar geleden. Deze keer deed de vereniging beroep op Ilias Vlamakis (Ηλίας Βλαμάκης) en zijn ensemble. Dat bestaat uit hemzelf op de lyra en zang, en uit Dimitris Vlamakis (Δημήτρης Βλαμάκης), laouto , en Vardis Karadakis (Βαρδής Καραδάκης), laouto en zang. Deze drie jonge muzikanten waren toch al in België, maar dan wel voor het fusion -project "Filia" van het Dranouter Festival. Op Dranouter spelen ze al een tijdje samen met inheemse Vlaamse muzikanten op allerlei in- en uitheemse instrumenten. De dag voor deze Kretenzische dansavond spelen ze het "Filia"-programma in het WCC Zuiderpershuis en de dag nadien, op zondag, staan ze in de clubtent van Dranouter aan Zee in De Panne. Op het feest van de Kretenzers zullen ze de gelegenheid krijgen om te bewijzen dat ze wel degelijk een stevige basis hebben in de traditionele muziek van hun geboorte(ei)land. Zoals gewoonlijk zijn er op dit feest een aantal dansvoorstellingen voorzien en ook een tombola, eten en drank zullen uiteraard niet ontbreken.
Op de site sinds: 08/04/2011 Terug naar het begin van deze pagina. The Story of Niko and EleniRembetiko-musical van eigen bodem Toen de musical "Niko en Eleni" in februari 2010 in Genk in première ging zullen weinig toeschouwers verbaasd geweest zijn door het hoge niveau. Velen van hen waren immers familie of vrienden van de drieëndertig (!) acteurs en ze wisten dus uit eerste hand met hoeveel enthousiame en inzet er maandenlang aan de voorbereiding gewerkt was. De anderen hadden allicht al een opvoering meegemaakt van een eerdere productie van de vzw Rizes en wisten dus min of meer waaraan zich te verwachten. Die eerdere productie heette "Music roots of Greece 1930-1960". Dat stuk ging al in januari 2006 in première en werd, wegens overdonderend succes, meerdere keren herhaald, onder andere in Lokeren ( juni 2006 ) en Bredene ( mei 2007 ). Telkens opnieuw bleek dat de vzw Rizes heel wat acteertalent in huis had, ook al zijn alle medewerkers stuk voor stuk amateurs. Ook "Niko en Eleni", opnieuw in een regie van Nikolaos Chaniotakis, stelde geenszins teleur, en ook dit stuk gaat op reis. Op uitnodiging van de Griekse dansgroep vzw Kapa komt het naar Aartselaar. De voornamen "Nikos" en "Eleni" horen zonder twijfel bij de meest verbreide namen in Griekenland. Alles bij elkaar zijn er misschien wel miljoenen Grieken die zo heten. Ook het verhaal achter deze musical zou het levensverhaal kunnen zijn van miljoenen Grieken. Ontelbaren zagen immers hun dromen en hun toekomstverwachtingen schipbreuk lijden tijdens de woelige periode na de Tweede Wereldoorlog. De feiten zullen bekend zijn: terwijl de rest van de wereld aan de wederopbouw begon kregen de Grieken eerst nog vier jaar bloedige Burgeroorlog over zich heen, gevolgd door een meedogenloze repressie van alles wat naar links neigde. Toen er dan uiteindelijk een dooi in aantocht leek werd de klok weer teruggedraaid door het zeven jaar durende Kolonelsregime . Pas na 1974 kon Griekenland aan een inhaalbeweging beginnen. Op de historische details van deze woelige periode gaat de musical niet in, enkel de krijtlijnen worden uitgezet. Het is een beetje zoals de taxi die op een gegeven moment ten tonele verschijnt. Nuchter bekeken is die niet veel meer dan een stuk geel geverfd karton maar dat volstaat ruimschoots om de juiste sfeer op te roepen. Wie van de gebeurtenissen uit die tijd op de hoogte is (bijvoorbeeld door het lezen van onze eigen "Geschiedenis van Griekenland" ) zal zonder problemen de context herkennen, maar anders is het geen ramp, het verhaal focust in feite op universele menselijke waarden. Zoals vaak in een musical is dat verhaal trouwens eerder aan de eenvoudige kant gehouden. Het dient vooral om er het muzikale gedeelte aan op te hangen. Zo gestileerd als de context weergegeven wordt, zo gedetailleerd worden de typeringen van de Grieken en hun dagdagelijkse leven uitgewerkt. Dat lijkt zo'n beetje het handelsmerk van dit gezelschap te worden. Het is alsof de acteurs en actrices hun Genkse publiek een spiegel willen voorhouden waarin ze zichzelf en hun gemeenschappelijke roots kunnen herkennen ("rizes" betekent niet voor niets "wortels"). Dat niet-Griekse Griekenlandliefhebbers en -kenners in die spiegel mogen meekijken maakt het ook voor hen extra boeiend. Maar ook anderen zullen er kunnen van genieten. Het is bijvoorbeeld niet nodig om "leven en werk" van Sakis Rouvás uitgebreid bestudeerd te hebben om het mucho-macho pop-idool dat, compleet met zwijmelende tienermeisjes en al, tegen het einde van het stuk zijn intrede doet, te herkennen als een symbool van de verwestering van de Griekse samenleving. De gelijkenis met de echte Sakis is overigens treffend, en hoe dan ook loopt de geschiedenis van de Griekse stadsmuziek als een rode draad door dit stuk heen. De bekende entertainer mocht dan ook niet ontbreken, zelfs al behaalde hij tijdens Eurovisie 2009 een - volgens de Grieken onverdiend slechte - zevende plaats. Terzijde: door dit stuk vanuit Limburg naar Antwerpen te halen maakt Kapa in zekere zin een cirkel rond. Het was immers de vader van stichtster en bezielster Kalitsa, de in juni 2007 overleden Nikos Pantazis, die ooit als eerste begon met danslessen voor de Griekse gemeenschap in Limburg, vele decennia geleden ...
Op de site sinds: 08/04/2011 Terug naar het begin van deze pagina. Balkan Trafik FestivalMet o.a. Ilias Plastiras, Tradidanse, Rembetiko Kafé e.a. Het Brusselse Balkan Trafik festival bestaat nog maar vijf jaar en toch hebben ze zich al een stevige reputatie verworven bij de liefhebbers van Griekse muziek. In 2009 pakten ze voor het eerst uit met een Griekse act, in de persoon van Kostas Kalafatis, een onvervalste rembetis uit Athene. De rembetika viel in de smaak, zowel bij de organisatoren als bij het publiek, en in 2010 breiden ze daar een vervolg aan. Ze haalden Stelios Vamvakaris ("zoon van") naar Brussel en ze richtten bovendien een heus "Rembetiko Kafé" in waar het Brussels-Griekse groepje Vinylio voor permanente koppenloopmomenten zorgde. Logisch dus dat ze voor deze jubileumeditie opnieuw voor een Griekse bijdrage zorgden, maar deze keer blijft het niet bij rembetika. Het "Rembetiko Kafé" opent natuurlijk opnieuw zijn deuren maar ze laten hun publiek nu ook kennismaken met de dimotika , de traditionele eeuwenoude dorpsmuziek. Hiervoor deden ze beroep op één van de meest gerenommeerde autoriteiten die op dit gebied in Brussel te vinden zijn: op Maria Douvalis en haar vzw Tradidanse . Die organiseren nu al vijftien jaar lang danslessen voor jong en oud, beginners en gevorderden, en dat wordt aangevuld met gespecialiseerde stages en allerlei andere kwalitatief hoogstaande activiteiten zoals lezingen, theatervoorstellingen en dergelijke. Maria is tot ver buiten de hoofdstad bekend omwille van de indrukwekkende resultaten die ze behaalt met de allerkleinste dansertjes, maar ook de oudere kinderen weet ze te boeien. De meesten worden door hun ouders naar de dansles gestuurd en vooral voor adolescenten is dat doorgaans een voldoende reden om er een grondige hekel aan te hebben. Het verschijnsel is waarschijnlijk zo oud als de mensheid maar tegen Maria's enthousiasme is het toch niet opgewassen. Dat is duidelijk te merken op de jaarlijkse demonstraties die Tradidanse op het einde van elk seizoen inricht voor de ouders. Je zou verwachten dat de kinderen daar gauw-gauw hun aangeleerde ding doen om dan vervolgens zo snel mogelijk uit beeld te verdwijnen en zich met meer interessante dingen te gaan bezighouden. Elders misschien, maar niet bij Tradidanse: daar wordt na afloop nog een plaatje extra gedraaid en de kinderen dansen gewoon verder. Geen wonder dus dat de danslessen van Tradidanse nogal wat succes hebben. De vereniging heeft dan ook voldoende talent in huis om het publek van Balkan Trafik een indruk te geven van de onvoorstelbare verscheidenheid aan muziek en dans die Griekenland rijk is, iets waar de meesten misschien geen idee van hebben. Er was maar één probleem: de muzikale tradities van de verschillende streken liggen zo ver uit elkaar dat er maar weinig muzikanten zijn die ze allemaal beheersen. Meestal wordt dat opgelost door meerdere ensembles in te zetten, als het budget dat toelaat, of anders door met cd's te werken. Voor een festival als Balkan Trafik was geen van beide een optie, dus moest het een polyvalent ensemble worden - zoals dat van de bekende klarinetspeler Ilias Plastiras . Maria Douvalis had al eerder met hen samengewerkt, onder meer in oktober 2006 , toen ze hen naar Brussel haalde voor de viering van tien jaar Tradidanse. De contacten waren gauw gelegd, en gelukkig vindt het festival plaats vóór Pasen (dit jaar ook in Griekenland op 24 april). Na Pasen komen in Griekenland immers niet de vijgen maar wel de panigyria, de dorpsfeesten, en dan heeft Plastiras handen vol werk. Vooral in zijn geboortestreek Epirus is hij een veelgevraagd man. Zijn naam op de affiche zorgt voor extra toeloop omdat het een garantie is voor een geslaagd feest. Daar wordt dan nog maandenlang over nagepraat en het jaar daarop willen ook de naburige dorpen een beroep doen op Plastiras en zijn ensemble. Dat sneeuwbaleffect is nu al meerdere jaren aan de gang en je komt hen dan ook tegen in de meest afgelegen dorpen en dorpjes van Noord-Griekenland. Maar ook op de Griekse televisie is hij vaak te zien: de ene keer in één van de vele muzikale programma's van de staatsomroep ERT, de andere keer in één van die prestigieuze dansvoorstellingen, van het Lykeion ton Ellinidon of van het Dora Stratou theater, die regelmatig opgenomen en nadien uitgezonden worden. Daar spelen ze vaak andere muziek dan hun "eigen" Epirotische, en in Griekenland doe je dat beter goed anders word je door het kritische publiek vakkundig afgekraakt. In feite moet je gewoon beter zijn dan een "echt" ensemble uit een bepaalde streek om enigszins aanvaardbaar te zijn. Het lukt hem blijkbaar aardig want hij wordt telkens opnieuw gevraagd. Een druk bezet man dus. Maar nu had Ilias Plastiras toch wat ruimte in zijn agenda en hij zegde zijn medewerking toe. Zijn ensemble bestaat uit:
Dan was er nog één probleem: het Rembetiko Kafé . Tegenwoordig is er veel mogelijk maar rembetika met een klarinet is toch wel een brug te ver. In de rembetika worden hoofdzakelijk tokkelinstrumenten gebruikt, mede omdat die plaatselijk gebouwd en dus betaalbaar waren. Een klarinet kwam uit Europese fabrieken en was peperduur. Op een dorpsfeest is dat natuurlijk geen probleem. Je speelt daar op bestelling en als er dan iemand een chasapiko vraagt dan ga je niet zeggen "neen, mijnheer, dat is een dans van het slagersgilde in Constantinopel, dat doen wij hier niet" want dan hoef je het volgende jaar niet meer terug te komen. Je maakt dan van de nood een deugd en je speelt wat de mensen vragen, zodat ze kunnen dansen waar ze zin in hebben. Het moet gezegd dat het resultaat, mits goede muzikanten, ook in muzikaal opzicht doorgaans meer dan aanvaardbaar is. Maar voor een festival als Balkan Trafik kan dat natuurlijk niet. Je krijgt daar als Griek de gelegenheid om je erfgoed aan een buitenlands publiek voor te stellen en dan wordt het een erezaak om daar iets goeds van te maken. Plastiras schakelde daarom een rembetika-groepje in, een duo dat Pot Pourri heet en dat bestaat uit: Deze jonge muzikanten zijn afkomstig uit dezelfde streek als Ilias Plastiras, meer bepaald uit Ioannina. De twee vrienden studeerden samen muziek, eerst aan het conservatorium van Ioannina en daarna aan het bekende TEI van Epirus in Arta (waar ook drie van de vier leden van Apsilies - later deze maand te horen in Antwerpen, Amsterdam, Rotterdam en Utrecht - aan verbonden zijn). Net als Plastiras zijn ook Nolas en Gyras bijzonder veelzijdige muzikanten. Ze spelen niet alleen rembetika maar ook andere stijlen, waaronder de dimotika, en samen beheersen ze een indrukwekkende reeks instrumenten: saz , laouto , outi , bouzouki , gitaar , viool , contrabas, ney , ... Ze werkten al eerder samen met Ilias Plastiras maar ook met andere bekende - en dus veeleisende - muzikanten als Manolis Pappos en Thanasis Polykandriotis . Samengevat ziet de Griekse bijdrage aan Balkan Trafik 2011 er dan als volgt uit: Tradidanse geeft een workshop Griekse dansen en ook enkele dansvoorstellingen, en Ilias Plastiras zorgt daarbij voor de begeleidende muziek. Pot Pourri neemt dan de optredens in het Rembetiko Kafé voor zijn rekening. Tenminste, dat is de theorie. In de praktijk zal dit alles vrolijk door elkaar heen lopen. Tradidanse zal immers niet alleen enkele representatieve dansen uit de dimotika voorstellen (uit Epirus, Thracië en de eilanden, telkens met de juiste klederdracht), maar ook de dansen die vroeger in de steden van het Ottomaanse Rijk gedanst werden: de zeïmbekiko aptaliko, de chasapiko, de chasaposerviko, de koulouriotiko en dergelijke. De eerste drie daarvan werden later ook in de rembetiko geadopteerd en het ligt dan voor de hand dat niet Plastiras maar wel Pot Pourri voor de begeleiding hiervan zullen zorgen. Maar dan heb je daar zes rasmuzikanten samen op één podium zitten, die elkaars repertoire kennen en waarschijnlijk hun vingers niet in bedwang kunnen houden als de anderen spelen. Omgekeerd zal Tradidanse deze dansen ook komen presenteren in het Rembetiko Kafé, waar dan allicht ook wat dimotika zal binnensluipen. Indertijd, "in het echt", ging het er trouwens precies op dezelfde manier aan toe. De etiketten werden pas veel later geplakt. Als je dan probeert te achterhalen wanneer er welk onderdeel van het Griekse programma op de agenda van Balkan Trafik staat, dan loop je tegen de charmante chaos aan die op dit festival wel vaker voorkomt. Logisch eigenlijk, want voor Zwitserse precisie moet je nu eenmaal niet op de Balkan zijn, dus wat dat betreft zitten ze helemaal in de juiste stijl. Bovendien zou het zelfs voor een Zwitserse horlogemaker een heidens karwei zijn om alle onderdeeltjes van het goed gevulde programma netjes in het juiste vakje te krijgen. Er zijn tientallen groepen en andere voorstellingen, verspreid over een tiental locaties, met duizend details die je als bezoeker niet ziet maar waar je als organisator wel rekening moet mee houden ... en dat alles is tot zowat het laatste moment in beweging. Vandaar dat ook het programma bij voorkeur met enige voorzichtigheid gehanteerd wordt. Per saldo is het ook niet de bedoeling dat u met uw horloge in de ene hand en het programmablaadje in de andere als een bezetene door de gangen van de Bozar holt. U bent dan gegarandeerd uitgeteld voor de festivaldag ten einde loopt, want op vrijdag en zaterdag gaan ze door tot de rozevingerige dageraad van de volgende dag. U heeft veel meer aan zo'n festival als u bij de ingang overschakelt op vakantiemodus en zomaar wat rondkuiert, en dan wat aandachtiger gaat luisteren als u flarden muziek opvangt die interessant klinken. De eerste Griekse flarden zouden al rond 18 uur moeten op te vangen zijn, zowel op vrijdag (dat zou dan de workshop Griekse dansen zijn) als op zaterdag. Zoals gewoonlijk zijn er nog veel meer interessante ontdekkingen te doen op Balkan Trafik. Een aanrader voor Griekenlandliefhebbers en -kenners is misschien wel de Ankara Folk Dance and Music Association , die traditionele muziek en dansen uit Turkije zal voorstellen. Grieken en Turken hebben in cultureel opzicht heel wat gemeenschappelijk, maar helaas worden de verschillen nogal eens opgeklopt. Een ander onderdeel van het programma, door de organisatoren prominent op de affiche gezet, is de deelname van Goran Bregović, de bekende componist uit het voormalige Joegoslavië. Hij zegt van zichzelf dat hij een "compositeur voyageur" is omdat hij overal gaat optreden waar ze hem vragen. In zijn reisbagage heeft hij dan meestal zijn voltallige "Wedding and Funeral Band" mee. Deze keer doet hij daar nog eens zes zangers, een strijkkwartet en een toneelspeelster bovenop (de Française Alyzée Soudet) want op Balkan Trafik zal hij zijn nieuwste creatie komen voorstellen en dat is een opera, of juister, een "recitando accompagnato" voor koor, spreker en orkest. Een woordje uitleg is hier wel op zijn plaats, enerzijds omdat u voor dit optreden extra moet betalen en daarnaast omdat het - volgens de huidige programmatie - deels overlapt met een voorstelling van Tradidanse. Zoals bekend is Bregović een veelzijdig man. Bij liefhebbers van Griekse muziek zal hij bekend zijn als de componist van het album "Paradechtika" (1991) van Alkistis Protopsalti . In Frankrijk raakte hij bekend door zijn muziek voor de Franse film "La Reine Margot" (1994), van de Franse regisseur Patrice Chéreau, naar een roman van de Franse schrijver Alexandre Dumas (1802-1870). Deze laatste is in de Lage Landen vooral bekend van zijn Drie Musketiers maar in Frankrijk worden veel van zijn meer dan honderd historische romans nog steeds gelezen. Zijn "Koningin Margot" speelt in de zestiende eeuw, toen katholieken en protestanten in Europa in een bloedige strijd verwikkeld waren. De Franse prinses Marguerite de Valois (Margot voor de vrienden) wordt tegen haar zin uitgehuwelijkt aan Henri III van Navarra. Zij is katholiek, hij protestant, en het huwelijk had voor verzoening moeten zorgen maar bereikte min of meer het tegendeel. Het verhaal staat bol van de complotten en intriges maar dat doet er hier verder niet toe. Wel van belang is dat het een diepe indruk maakte op Goran Bregović. Hij was toen nog maar pas de oorlog in zijn geboorteland ontvlucht (en had daarbij nagenoeg zijn hele hebben en houden verloren), en ook daar ging het tot op zekere hoogte om een godsdienstoorlog als schaamlapje voor een meedogenloze machtsstrijd. Het moest even bezinken maar in de zomer van vorig jaar kwam hij met zijn "Margot, mémoire d’une reine", dat zijn inspiratie vindt in het verhaal van Dumas maar de tekst (van Bregović himself) plaatst het tegen de achtergrond van de oorlog tussen Bosniërs en Serviërs. Met dit stuk kunt u kennismaken op vrijdag rond 20 uur, maar daarvoor moet u dan wel een extra ticket aanschaffen. Het thema van de oorlog op de Balkan komt op dit festival wel vaker aan bod, onder meer met de avant-première van de Bosnische film "Cirkus Columbia" en het theaterstuk annex debat "Le journal d’une femme du Kosovo". Alleen al uit bovenstaande kleine greep uit het grote programma zal duidelijk zijn dat Balkan Trafik ook in 2011 weer aandacht heeft, niet alleen voor de traditionele aspecten van de cultuur, maar ook voor het hedendaagse. Het festival loopt in feite van donderdag 14 tot zondag 17 april, maar wij houden het op deze Griekse muzieksite op vrijdag en zaterdag. Op de andere dagen zijn er namelijk geen Griekse bijdragen maar laat u dat vooral niet tegenhouden om te kijken wat ze daar in petto hebben. Donderdag laten ze bijvoorbeeld een Balkan Boat te water in de Brusselse kanalen en zondag is filmdag ...
Op de site sinds: 08/04/2011 Terug naar het begin van deze pagina. Trio "Lamazi"Griekse en wereldmuziek met gitaar, cello en santouri Het groepje "Lamazi" timmert al een tijdje aan de (Griekse) weg in Amsterdam, maar tot nog toe traden ze uitsluitend op in restaurants. Daar speelden ze dan niet de overbekende toeristische deuntjes maar wel het betere werk. Op hun repertoire staan nummers van Lavrendis Machairitsas en Filippos Pliatsikas maar ze zijn ook niet bang van een Dionysis Savvopoulos , om er maar enkelen te noemen. En natuurlijk spelen ze ook andere endechna , en rembetika en dimotika . En het blijft niet bij Grieks alleen: Spaans, Roemeens, Braziliaans, ... Muziek kent geen grenzen en Lamazi duidelijk ook niet. Net als het repertoire wisselt ook de samenstelling van het groepje, dat bovendien ook regelmatig met gastmuzikanten werkt. Recent zijn ze van een duo overgeschakeld op een trio. Dat bestaat uit: Alexandros Kyrkos behoort tot - of juister: is - de vaste kern van Lamazi. Naast gitaar en zang neemt hij ook de arrangementen en bewerkingen voor zijn rekening. Vanuit de Atheense popmuziek verkaste hij naar Amsterdam en daar diepte hij zijn Griekse muzikale roots nog verder uit. Ook cellist Olsi Yannis Dhami combineert meerdere muzikale werelden. Hij is van Albanese afkomst maar groeide op in Griekenland waar hij een klassieke muziekopleiding volgde. Daarbij vergeleken lijkt Pit Hermans dan op het eerste zicht een doodgewone, on-exotische Limburgse, maar dan wel een Limburgse die haar mannetje (m/v) staat op de santouri , een van oorsprong oosters instrument dat op heel de Balkan ingeburgerd raakte (met kleine variaties in afmetingen, bouw en dergelijke, en grotere variaties in de benaming), en die naast een gedegen kennis van de Griekse muziek ook Roemeens, klezmer , Braziliaans, ... beheerst. Lamazi heeft dan ook meer dan voldoende bagage in huis om een boeiende klank neer te zetten. Dat gaan ze ook doen in het nieuwe CC Muziekcafé in de Pijp in Amsterdam. Daar wordt elke dag live muziek gespeeld. Op sommige dagen hebben ze een vaste bezetting, op andere dagen programmeren ze telkens andere groepjes. De maandag zit daar tussenin: om de veertien dagen een vaste groep, op de andere maandagen variabel. Het is één van die gastoptredens die Lamazi gaat invullen. Daarvoor stelden ze een programma samen met - uiteraard - veel Grieks, vooral traditioneel. Maar ze doen er ook wat snuifjes Balkan en wereldmuziek doorheen. In hun aankondiging doen ze een oproep: "Kom met ons een feestje bouwen". Daar kunnen we maar één ding aan toevoegen: doen! Wie weet krijgen ook de uitbaters van het Muziekcafé de smaak te pakken en dan zou dit wel eens het begin kunnen worden van een soort revival van de goede Griekse muziek in Amsterdam - en misschien ook wel daarbuiten.
Op de site sinds: 16/04/2011 Terug naar het begin van deze pagina. |
|||||||||||||||||||||||
|