|
||||||||
|
||||||||
Al de informatie op deze site is beschermd door het auteursrecht.
|
|
Biografieën van de website over Griekse MuziekPanayotis StefosOudgriekse muziek of eigentijdse oerklanken ?
Panayotis Stefos ( Παναγιώτης Στέφος ) is een vreemde eend in onze bijt van Griekse muziekartiesten. Hij is onderzoeker, instrumentenbouwer, componist, muziekleraar en musicus die het motto " back to the roots " of " back to basics " wel héél letterlijk heeft genomen. Samen met het door hem opgerichte ensemble LyrAvlos ( ΛύρΑυλος ) legt hij zich toe op Griekse muziek uit de Oudheid. Maar omdat die muziek en zang nu eenmaal niet exact te reconstrueren valt, geeft Panayotis Stefos zijn eigen nieuwe benadering van de Oud-Griekse muziek weer. Hij doet dat onder meer door terug te grijpen naar de oeroude natuurlijke klanken, vocaal en instrumentaal, die hij een verrassend nieuwe en frisse impuls geeft. Bovendien bouwt hij al zijn instrumenten zelf. Het zijn getrouwe reconstructies van het origineel waarbij hij zoveel mogelijk gebruik maakt van de materialen die ook in de Oudheid voor dat doel werden gebruikt. Hoe komt een vermaard trombonist er toe om zijn professionele loopbaan een danige wending te geven ? Zoals wel vaker gebeurt, neemt ook Panayotis Stefos als antwoord hierop de legendarische woorden van "Zorba de Griek", uit de roman van Nikos Kazantzakis , in de mond. Zei die immers niet: "Dat kan ik je niet uitleggen, maar ik kan het wel voor je dansen". Wel, dansen zal Panayotis Stefos niet voor ons doen, maar hij begrijpt "Zorba" volkomen, want het is op een of andere manier ook op hem van toepassing. Hij zou liever iets op zijn gereconstrueerde antieke lier laten horen, dan te moeten uitleggen hoe het precies allemaal zijn gang is gegaan. Hij werd nu eenmaal niet als redenaar, maar als muzikant in de wieg gelegd en dat is de manier waarop hij met de mensen rondom hem communiceert. Het eerste instrument waarmee hij ooit in aanraking kwam, en meteen ook dat waarmee hij bekend werd, was de schuiftrompet. Wat niet echt een traditioneel instrument bij uitstek is, laat staan Grieks. Als trombonist speelde hij bij het Staatsorkest van Athene ( η Κρατική Ορχήστρα Αθηνών ), het orkest van de Griekse Nationale Opera ( η Εθνική Λυρική Σκηνή ) en het Orchestra of Colours ( η Ορχήστρα των Χρωμάτων) . Ook met componisten als Manos Hadjidakis (die trouwens het laatstgenoemde orkest heeft opgericht), Thodoros Antoniou, Thanos Mikroutsikos , Dionysis Savvopoulos en Tasos Karakatsanis werkte hij in die hoedanigheid samen. En plots zweeg de trombone. Een zeldzame aandoening aan de onderkaak legde Panayotis het volkomen stilzwijgen op, gedurende vier jaar. Tijdens die lange jaren hoopten de geluidsindrukken zich in hem op, zoals gevangenen die na jaren van eenzame opsluiting ongeduldig om hun vrijlating staan te springen. Hij heroriënteerde zich en ging zich noodgedwongen toeleggen op de instrumentenbouw, en aanvankelijk op de reconstructie van dé stamvader onder alle instrumenten, de aloude lier uit de Oudheid. Naarmate hij de instrumenten in hun oorspronkelijke materialen gestalte gaf, hoorde hij ook de klanken ervan weergalmen. Zijn nieuwe loopbaan kreeg stilaan vorm, hij zou de Oudgriekse muziek door middel van zijn instrumenten nieuw leven inblazen. Om zijn project te stofferen ging Panayotis intensief de oude en enige overgebleven bronnen bestuderen. Grafschriften en grafvondsten, oude munten en mythologische teksten, vazen en oude potten werden nauwgezet ontleed om zich zo een totaalbeeld te kunnen vormen wat betreft de vorm, techniek, speelwijze en klank van de instrumenten uit de klassieke Oudheid. Andere instrumenten dan de lier werden eveneens bestudeerd en gereconstrueerd. Voor zijn reconstructies gebruikt Panayotis schelpen, riet, vuren- en palmhout, maar ook houten nagels voor de gewrichten en de stemschroeven. De andere natuurlijke materialen die gebruikt worden zijn darmen voor de snaren, vislijm, dierenhuiden, hoorns en rugschilden van schildpadden. En dat is niet zomaar voor de lol. Enkel door het gebruik van identieke materialen aan die van de Oudheid, kan de oorspronkelijke klank het dichtst benaderd worden, zo stelt Panayotis Stefos , en we citeren (vrij vertaald):"...alleen dan kunnen diezelfde betoverende en lieflijke klanken weer opgeroepen worden. Alle andere pseudo-reconstructies kunnen helemaal niet klinken zoals toen." Toch probeert hij zoveel mogelijk te werken met respect voor de natuur. Waar die twee principes haaks op elkaar staan, laat hij de natuur primeren. Dat betekent dat sommige klankbodems, die in de Oudheid vaak werden vervaardigd van schildpadden, nagemaakt worden in hout of andere materialen. U merkt er niets van en de dieren blijven gespaard van een gewisse dood. Om zich helemaal in de tijdgeest te kunnen inleven, reisde hij naar oude ruïnes en resten van antieke heiligdommen. Hij ging naar Arcadia, een streek in het midden van de Peloponnesos, om naar een herder te luisteren terwijl die op zijn herdersfluit speelde. Niet toevallig is Arcadia de streek waar volgens de legende de god Pan op zijn bokkenpootjes door de bossen dwaalde en de nimfen achtervolgde, terwijl op zíjn (herders)fluit (of syrinx, later panfluit genoemd) blazend. Stilaan raakte ook Panayotis volledig in de ban van de Panfluit en, helemaal zoals het hoort, werd ook hij bewogen door de lier van Apollo. Helemaal gefascineerd door het thema ging hij verbanden leggen tussen de hedendaagse traditionele muziek in Griekenland en de Oudgriekse riten en dansen. Hij is daarin zeker niet de eerste geweest, het is een onderwerp dat tal van onderzoekers de laatste eeuw heeft beziggehouden, met als pioniers voornamelijk buitenlandse onderzoekers en schrijvers. We denken dan bijvoorbeeld, om er maar enkele te noemen, aan John Cuthbert Lawson in " Modern Greek Folklore and Ancient Greek Religion ", een boek geschreven in 1910. Of de Zwitserse etnomusicoloog Samuel Baud-Bovy in zijn " Essai sur la chanson populaire grecque " uit 1983. Beiden leggen eveneens verbanden bloot tussen de Oudheid en de hedendaagse tradities in Griekenland. Zo trof het Panayotis Stefos dat de rondedansen op de dorpsfeesten toch wel veel gemeen hadden met de eeuwenoude reidansen. Ook in de rouwliederen en weeklachten, de miroloya, zag hij parallellen met de antieke tragediën. De volgende stap was vlug gemaakt. In 2001 richtte hij het ensemble LyrAvlos op. De naam is de samentrekking van twee instrumenten uit de klassieke Oudheid. Lyra is de lier (van Apollo) en avlos is de Oudgriekse naam voor de (pan)fluit. Beide instrumenten speelden een belangrijke rol in het persoonlijke, maatschappelijke en culturele leven van de Oude Grieken. De naam van het ensemble duidt meteen ook op de dualiteit die er heerst tussen het apollinische en het dionysische in ons bestaan. Evenwicht, beheersing en harmonie enerzijds, tegenover extatische vervoering anderzijds. De groep wordt gevormd door drie muzikanten die instrumenten bespelen zoals de antieke lier , citer, pan- of rietfluit, schelpen, tamboerijn , sistrums en ratels, en nog vele andere. De muzikanten zijn uiteraard Panayotis Stefos zelf, met Solis Barki en Christina Siaki, bijgestaan door twee zangers, Anna Chronopoulou en Vangelis Maniatis, die zingen maar ook declameren. En heel af en toe worden zij begeleid door een danseres. Taal, in de vorm van dichtkunst, muziek en beweging (dans) waren in de Oudheid onlosmakelijk verbonden. Het repertoire kan men moeilijk als zuiver authentiek bestempelen, al was het maar omdat niemand precies weet hoe het er toen écht aan toe ging. Maar de geest van het antieke Griekenland weet Panayotis feilloos op te roepen. Naast oude muziekstukken die bewaard zijn gebleven, componeert of interpreteert Panayotis ook zelf. Hij slaagt er in om de natuurlijke basisklanken uit het antieke Griekenland bloot te leggen en weet zelfs raakpunten te vinden met hedendaagse muziek en dichtkunst. Zijn scholing en professionele aanpak zijn hier zeker niet vreemd aan. Naast een stevige conservatoriumopleiding als basis, heeft Stefos in Nederland ook een opleiding panfluit gevolgd bij Sedje Hémon. Maar Panayotis beschikt over nog een belangrijke troef: hij combineert wetenschap met kunst in een perfecte symbiose. Zijn onderzoek heeft, ook internationaal, al heel wat interesse opgewekt. Sedert de oprichting van Lyravlos werkte Panayotis meermaals mee aan de openingsceremoniën van de Olympische Spelen. Voor de Winterspelen in 2002 kreeg hij de opdracht om voor de muzikale omlijsting te zorgen bij het ontsteken van de Olympische Vlam. En ook op 25 maart 2004, de dag dat de Olympische Toorts voor de Zomerspelen in Athene in het oude Olympia werd ontstoken en de Olympisch fakkeltocht haar aanvang nam, werd voor de muziek beroep gedaan op de deskundigheid van Panayotis Stefos . Meer gepaste muziek bij dit evenement kan men zich moeilijk indenken. Daarnaast schreef Panayotis Stefos een aantal composities voor film en theater en wordt hij veel gevraagd bij opvoeringen van oude klassieke drama's. Het jaar 2003 betekende zijn regelrechte doorbraak in het genre. In februari werd hij uitgenodigd door de Universiteiten van Boston (US) en van Montreal (Canada) voor een demonstratie. Diezelfde maand organiseerde het Goethe Instituut in Athene een concert met Stefos als solist onder de titel: "Drie eeuwen muziek". Tijdens dat concert werden werken opgevoerd van hedendaagse Griekse en buitenlandse componisten, die gestut zijn op Oudgriekse muziek. In mei 2003 was hij te gast in Brussel waar hij, samen met Nena Venetsanou en het ensemble LyrAvlos, twee toonaangevende concerten gaf. Begin juni vertoefde hij in Stockholm en concerteerde er op het Internationaal Festival voor Oude Muziek, samen met ensembles die Oud-Europese muziek ten tijde van de Middeleeuwen en de Renaissance brachten . Op 26 oktober 2003 speelde LyrAvlos o.l.v. Panayotis Stefos in het prestigieuze Megaron Mousikis ( The Athens Concert Hall ) en gaf zo op eigen bodem een inwijding in de muziek en de instrumenten van het Antieke Hellas. En bovendien geeft Panayotis Stefos ook nog les en is hij verantwoordelijk voor het departement Oudgriekse muziek aan het Conservatorium "Filippos Nakas". Dit verhaal bewijst eens te meer hoe tegenslag vaak een positieve inspiratiebron kan zijn en een aanzet tot bezinning. Dat deze heroriëntering van zijn muzikale loopbaan een totaalproject is bewijst Panayotis Stefos niet alleen door zijn instrumenten zelf uit te tekenen en te bouwen, de materie wetenschappelijk te bestuderen en zelf muziek te schrijven en te spelen, maar bij alle optredens hoort tevens nog een instructief gedeelte. Noch de muzieksoort, noch de instrumenten waarop deze musicus zich toelegt zijn gebruikelijk of wijd verbreid, althans nu niet meer. Daarom wordt bij ieder concert een introductie gegeven, geschreven en/of gesproken. Bovendien werkt Panayotis Stefos aan de uitgave van een dvd, met daarop een akoestisch gedeelte met muziekfragmenten en een educatief deel dat u onder meer toont hoe een instrument vervaardigd wordt. De geschiedenis is geen voltooid verleden tijd voor Panayotis Stefos , maar leert ons het heden beter te begrijpen. En daarin heeft hij ruimschoots gelijk. Discografie Als trombonist heeft Panayotis Stefos aan tal van succesvolle plaatopnamen meegewerkt. We deden een klein steekproefje in onze eigen platenverzameling, bij wijze van voorbeeld, en konden hem onder meer ontwaren op het vijfde album van Charis en Panos Katsimichas, een album dat overigens met goud werd bekroond. Het album heet: Της Αγάπης Μαχαιριά - Tis Agapis Macheria (Messteek van de liefde) - Χάρης & Πάνος Κατσιμίχας (Charis en Panos Katsimichas) uit 1994. De tweelingbroers Katsimichas waren in de jaren tachtig en negentig zeer populair, maar gingen in 2002 ieder professioneel hun eigen weg. Maar er zijn nog tal van producties van betekenisvolle componisten zoals Dionysis Savvopoulos , Thanos Mikroutsikos , ... om er maar enkele te noemen, waaraan Panayotis Stefos met zijn schuiftrompet meewerkte. Zo ook bijvoorbeeld op het album: Κρατάει Χρόνια Αυτή Η Κολώνια - Krataï chronia avti i kolonia , uitgebracht in 1990 en gezongen door Charis Alexiou , met composities van Thanos Mikroutsikos en teksten van Lina Nikolakopooúlou en Alexiou zelf. Maar er zijn er uiteraard nog talloze andere. In 1997 verscheen zijn eerste instrumentale cd als solist: Σύριγξ (syrinx of panfluit) . Zoals de titel al laat vermoeden, legt hij zich op deze cd toe op de panfluit. Laatst bijgewerkt op :
2004-04-24 |
|||||||||
|
||||||||||
|