Terzis
Home Nieuws Agenda MaandOverzicht Praktisch Achtergrond
Links Biografie Geschiedenis Instrumenten

Biografieën van de website over Griekse Muziek

Paschalis Terzis

Laïka-liederen van alle tijden

Paschalis Terzis
© Luc Pardon 2004
Paschalis Terzis

Paschalis Terzis is afkomstig uit het noorden van Griekenland, hij werd in 1949 in Piléa bij Thessaloniki geboren en is er opgegroeid. Hij begon te zingen in 1974 en kreeg eerst vooral bekendheid in zijn geboortestreek. Hoewel hij ondertussen al nagenoeg dertig jaar professioneel zingt, is hij toch pas de laatste tien jaren echt tot het grote publiek doorgedrongen en gingen de eerste twintig jaren van zijn muzikale loopbaan hem niet voor de wind. Het enige wat hij eigenlijk altijd wilde, is doen wat hij graag doet, en dat is liederen zingen die hem aanspreken. En als hij daarmee ook nog zijn vrouw en kinderen kan onderhouden dan is dat prima. Meer hoeft voor hem niet, maar liefst ook niet minder. Paschalis Terzis is een pretentieloze man, geen man van grote ambities, wel een doorzetter. Hij componeert niet zelf en bespeelt geen enkel muziekinstrument. Als zijn publiek maar van "zijn" liederen houdt, dan is Paschalis tevreden. De grootste voldoening haalt hij uit de commentaren die hij krijgt, wanneer iemand bijvoorbeeld zegt dat hij oprecht van zijn liederen genoten heeft en daardoor even zijn dagelijkse beslommeringen heeft kunnen vergeten. Of wanneer zijn bloedeigen tante zijn liedjes zingt terwijl ze in haar kookpotten staat te roeren...

Het populaire genre heeft alles met ontroering te maken. Het komt eropaan te proberen echte emoties op te wekken en het publiek te raken met wat je zingt. Maar je mag jezelf ook niet té veel au sérieux nemen en moet de mensen nog de kans laten om zich simpelweg te vermaken, zo vindt Terzis. In dat genre was Stelios Kazantzídis (1931-2001) een kei. Hij kon als geen ander de xenitiá (het noodgedwongen en hartverscheurende verblijf in het buitenland) bezingen. Paschalis Terzis mag gerust tot de school van Kazantzidis worden gerekend. Laïka, of populaire liederen, zijn per definitie liederen die het publiek graag hoort. De thema's zijn het leed, het verdriet, maar ook de plezierige kanten van het leven, dingen waarmee de mensen zich kunnen vereenzelvigen. Het zijn liederen van alle tijden, die het verleden met het heden verbinden.

Reeds vijfentwintig jaar lang zingt Paschalis Terzis in de zogeheten Skyládika , plaatsen van nachtelijk volksvermaak. Deze nachtclubs worden door sommigen verguisd, omdat er zou livemuziek opgevoerd worden van wel heel lage kwaliteit. Heel lichte populaire liedjes met vooral de liefde als thema, die vertolkt worden door pronkerige zangers en zangeressen. En goedkoop is zo'n nachtje in een skyládiko ook al niet. Men wordt er geacht whisky te drinken en liefst per fles te bestellen. En als de pret echt niet meer op kan, dan kan je dure mandjes met bloemen of bloemblaadjes kopen die je dan over de zanger of dansers heen kiepert. Deze bloemen vervangen de eerder verboden traditie van het aan diggelen gooien van borden en ander serviesgoed - op haar beurt al eens vervangen door speciaal voor de gelegenheid vervaardigde surrogaat pleisteren borden die met hele stapels tegelijk kapot geklopt werden. De gewone Athener laat zich dit alles echter gewillig welgevallen. Wanneer de bloempjes worden buitengezet, dan kijkt hij niet op een eurocentje meer of minder. De naam skyládika werd waarschijnlijk afgeleid van skýlos (hond), waarmee meteen duidelijk wordt dat sommigen het maar een hondse manier van vertier vinden.

Dit categoriseren van muziek en liederen in verschillende vakjes komt het populaire lied echter niet ten goede, zo stelt Terzis. Alsof men geen goede populaire muziek meer zou kunnen horen in een concertzaal? En trouwens: wat is kwaliteitsmuziek? En wat maakt sommige liederen tot kunst? Paschalis Terzis zou in eender welke concertzaal met faam een verdienstelijk populair repertoire kunnen vertolken. Maar hij houdt ervan het publiek te zien dansen en de glazen zien klinken terwijl hij zingt, en dat kan nu eenmaal niet in een theater. En bovendien zit de nachtclub waar hij zingt iedere avond vol met 2.500 toehoorders. Zijn dat daarom allemaal mensen met een laag IQ?

Het is ook een beetje de tijdgeest. De liedkunst is een bloeiende liedindustrie geworden en diegenen die de touwtjes in handen hebben, hebben meestal geen enkele muzikale achtergrond. Het enige wat telt is de opbrengst. Niet voor niets gaan de meeste liederen tegenwoordig over liefde, dat is immers een thema dat de mensen aanspreekt.

Af en toe last Paschalis Terzis in zijn optredens een moeilijker lied in, van Theodorakis bijvoorbeeld, of van Hadjidakis. De mensen worden dan stil en zitten ingetogen te luisteren. Op die manier probeert hij iedereen tegemoet te komen, zonder echter zijn eigen repertoire te verloochenen.

Dit voorjaar heeft Paschalis Terzis deelgenomen aan een benefietconcert voor de Palestijnse kwestie. Het is indrukwekkend hoe het Griekse volk, zoals steeds in dergelijke situaties, zich onmiddellijk weet in te leven in de gemoedstoestand van een onderdrukt volk. Bijna meteen komen de politieke verzetsliederen opnieuw naar boven en zelfs de jongere generatie, die het eigenlijk allemaal niet aan den lijve heeft meegemaakt, zingt vurig de opgediepte liederen "uit de oude doos" mee. Het Atheense Syntagma-plein (plein van de grondwet) zat op 10 april 2002 stampvol. Vele grote zangers en zangeressen waren komen opdagen voor het goede doel. En samen met de duizenden aanwezigen gaven zij blijken van steun aan het beproefde Palestijnse volk.

Beknopte discografie:

1982 Léo (Ik zeg/zing) . Zijn eerste persoonlijke plaat op muziek van Christos Nikolópoulos en teksten van Evángelos Atraïdis en Yannis Vasilópoulos.

1983 Míla mou ston enikó (Je mag me tutoyeren) . De muziek van deze opname is opnieuw van Nikolópoulos. Hierop zingt Terzis onder meer twee liederen, op teksten van Pythagóras, die eigenlijk voor Kazantzídis bestemd waren.

Met deze twee eerste persoonlijke platen raakte hij enkel en vooral bekend in Noord-Griekenland.

1986 Ethnikí Thessaloníkis . Muziek van Theódoros Derveniótis en, opnieuw, Nikolópoulos. De teksten zijn van Leftéris Chapsiádis.

Pas vanaf 1994 behalen zijn platen goud en platina. het gaat om de volgende successen:

1994 Mesógios (Middellandse Zee) .
1995 Afisé me móno (Laat me alleen) .
1996 Aftá íne ta tragoúdia mou (Dit zijn mijn liederen) .
1997 Paliókeros (Onstabiel weer).
1998 O dikós mou o drómos (Mijn eigen weg) .
1999 De me katálaves poté (Je hebt me nooit begrepen) .

Recente cd's:

2001 Thélo na po (Ik wil zeggen/zingen) . Met composities van Marios Tokas . Hier keert Paschalis Terzis terug naar sterke, meer rechtschapen laïká-momenten. De teksten zijn van verschillende tekstschrijvers zoals Yánnis Pários , Pános Faláras, Fílippos Grápsas, Kostas Fasoulás e.a.

2002 Ta zeïmbékika tou Pascháli (De zeïmbekika van Paschalis) . Dubbel-cd.

2002 Tragoúdia miás zoís (Liederen van een leven) , ook een dubbel-cd. We vermoeden dat het hier om een liveopname van 48 liederen gaat, die in een mix van oude en nieuwe songs, tot een nieuw geheel samengevoegd werden. Een beetje zoals zijn optredens opgebouwd zijn. Omwille van het grote aantal liederen gaan er sommige mooie nummers verloren in het geheel. Het ritme klinkt nogal uniform, omdat het ene lied soms in het andere overvloeit.

 

 

Laatst bijgewerkt op : 2002-11-08

Inhoudsopgave

Vorige pagina
Kyriakos Tapakis

Volgende pagina
Pantelis Thalassinos

Valid XHTML 1.0 Strict!

[Home]  [Nieuws]  [Agenda]  [Overzicht]  [Praktisch]  [Achtergrond]

Please contact our Webmaster with questions or comments.